Infobord op plek waar molen “de Hoop” in Keent heeft gestaan

infobord over molen “de Hoop” in Keent (Bron: Henk Buijks)

Afgelopen vrijdag 6 augustus werd in Keent een infobord geplaatst op de plek waar tot 1938 molen “de Hoop” stond. Een belangrijke plek, niet alleen voor de inwoners van Keent, maar ook voor de Balgoyse mensen, want de molen maalde voor de boeren uit Keent en Balgoy. Balgoy en Keent waren, tot de maaskanalisatie eind jaren dertig een feit was, fysiek met elkaar verbonden en vormden tot 1923 zelfs een gemeente, de gemeente Balgoy en Keent. Het is belangrijk om de verbinding tussen de twee kernen te koesteren en de verhalen uit die tijd te bewaren, want veel families hebben op deze plek geleefd en gewerkt. Keentse en Balgoyse families zijn met elkaar verweven en velen zijn na de maaskanalisatie uiteindelijk in Balgoy gaan wonen. De Molenweg verbond Keent en Balgoy (nu de Oude Maasweg in Keent en de Hoeveweg in Balgoy met de Maas ertussen).

Links Harrie Jans (overleden in 2011) en rechts Frans Berben (overleden in 2017) in Keent: waar stond toch die molen? Twee “echte” Balgoyse mensen wijzen naar de plek waar de molen heeft gestaan tijdens een rondwandeling in Keent in 2007 van heemkundekring Pagus Balgoye (Bron: Piet van Erp)

Balgoy en Keent waren al vanaf de middeleeuwen verbonden met elkaar, ingesloten aan een kant door de Maas en aan de andere kant door een moerasgebied. Sinds die tijd vormden Balgoy en Keent één heerlijkheid. Ooit was die in handen van het kapittel van Sint-Jan in Utrecht. Of de middeleeuwse kapittelheren de dorpen ook aan een molen hebben geholpen, weten we niet zeker. De aller vroegste vermelding van een molen in Keent en Balgoy is een regest van de stad Arnhem dat dateert uit 1550 en waarin staat dat de molen toebehoorde aan de heer van Balgoy en de heilige kerk te Balgoy (Gelders archief, 2003 ORA Arnhem, Inventarisnummer 394).

Transcriptie: Wij, burgemeesters, schepenen en raad der stad Arnhem, tuigen met deze open brief dat voor ons in onze tegenwoordigheid in schependom verschenen zijn Derick Putman en Beell, zijn echte huisvrouw, en hebben beloofd Johan Henrickss van Goch, wonende te goy, schadeloos te houden als van alzulke borgtocht als Johan voorzegd gedaan heeft voor Otto Janss van de windmolen, gelegen te Kendt, toebehorende de heer van Balgoy en de heilige kerk te Balgoy, alles naar vermogen en inhoud der voorwaarden van dezelve molen met alle puncten en articulen, bij de kaarse uitgelezen, waarvoor Derick Putman en Bele e.l. ter rechter waarschap gesteld en gezet hebben en mits dezen stellen en zetten hun huis en hofstede, waarin zij nu ter tijd wonen, gelegen in de Ketelstraat tussen huis en hofstede van Ffranss Hoeffsmyt op de ene zijde en huis en hofstede van Derick Pouwelss op de andere zijde; [enz.]; 

Rond 1630 werd de molen afgebeeld door Willem Janszoon Blaeu op een kaart van het rivierengebied: als een standerdmolen. Op het infobord kunnen we lezen dat die in 1639 eigendom was van Jan Adriaenszoon Mulder en Jaerxken Hermansdochter. Blijkens zijn achternaam zal Jan ook wel de molenaar zijn geweest. En in 1715 waren Henrick Heijnen en Johanna Richters de eigenaars van de “wintmolen met annexe huijs, hof en boomgaerd, groot ongeveer een en halven mergen”. 

Detail kaart van het rivierengebied met molen in Keent, Blaeu ca. 1630 (Bron: infobord molen Keent – Henk Buijks)

Op het infobord is verder te lezen dat ook in de 19e eeuw  de molen volop in bedrijf was. Balgoy had daar belang bij, dus werd in 1852 de weg naar de molen verhoogd voor een optimale bereikbaarheid. Overigens was in die tijd Keent groter dan Balgoy: in 1840 telde Keent 40 huizen met 235 inwoners en Balgoy slechts 29 met 171 inwoners.  

In september 1867 gebeurde er een bizar ongeluk in de Keentse molen. Vóór dag en dauw waren twee jonge vrouwen op weg om koeien te melken. Bij de molen zagen zij een kruiwagen staan. Die wilden ze verstoppen. Raar idee? Niet als het kort voor Keentse kermis is. In een aantal (landelijke) kranten van toen werd beschreven wat er toen gebeurd is, bijvoorbeeld de Nieuwe Rotterdamsche Courant van 16 september 1867:

De Nieuwe Rotterdamsche Courant 16 september 1867

Het jonge meisje dat verongelukt is, was naar alle waarschijnlijkheid de 28-jarige Theodora Maria Peters, dochter van Peter Peters en Gijsberdina Willems, die op 13 september 1867 overleed om 5 uur ’s morgens (Overlijdensakte BS van de gemeente Balgoy en Keent).

Burgerlijke Stand Balgoy en Keent 1867

Na een brand in 1908 werd de molen weer opgeknapt. Nadien was Lambertus Broeren molenaar. In de tijd dat Broeren molenaar was, werd de straatnaam Molenweg veranderd in Hoeveweg; aan de Balgoyse kant van de Maas is de straatnaam tot aan de kerk nog steeds Hoeveweg. Voor boeren in Keent maalde Broeren roggemeel dat werd gebruikt als varkensvoer. En bakkers in de omgeving namen zijn tarwemeel af. Arno van Zwam vertelt op de website van het BHIC dat zijn opa Jan van Zwam met zijn grote gezin naast de molen van Broeren en de molenwiel woonde. De boerderij van opa bezat een bakhuisje; hij bakte daar voor de kern Keent en iets verder het brood af zoals nu in de supermarkt gebeurd. Het geknede deeg werd in bussen door de boer aangeleverd en opa kneedde er nog een beetje aan voordat hij het in het bakhuis afbakte. Het vuur stookte hij met snoeihout van de meidoornhagen die nog steeds in Keent te zien zijn.

Een oude foto van de houten standerdmolen die vroeger in Keent stond, aan een wiel bij de Uiterdijk, vlakbij bij de huidige Oude Maasweg (Bron: BHIC – foto eigen bezit Jeroen Arts)

De maaskanalisatie maakte een eind aan de nauwe relatie tussen Balgoy en Keent, maar ook aan de bestaansmogelijkheid van een molenaar in Keent. Op 24 november 1938 werd de molen publiek bij inschrijving verkocht, voor afbraak. Voor 105,50 gulden mochten de drie hoogste bieders, afkomstig uit Elst en Bemmel, hem slopen.  Volgens de krant De Gelderlander zouden “vele pogingen zijn gedaan om de molen te behouden; zulks bleek echter niet mogelijk.”

De Gelderlander 25 november 1938

En het Algemeen Handelsblad van 15 december 1938 verzucht: “De molen was een sieraad voor de streek en de verdwijning beteekent dan ook een gevoelig verlies.” 

Algemeen Dagblad 14 december 1938

Wim Verhoeven vertelt meer dan acht jaar na zijn overlijden nog een verhaal

Foto gemaakt in het dorpshuis na afloop van een bijeenkomst van de Heemkundewerkgroep  
Pagus Balgoye. Vlnr. Theo Verheijen, Wim Verhoeven en Ries van Haren, drie markante Balgoyse mensen (maart 2001, © Piet van Erp)

In 2012 overleed Wim Verhoeven. Met het overlijden van Wim verloor Balgoy een markant persoon; iemand die met zijn boeken het dorp aan de Maas op de kaart zette in de regio, is te lezen in het In Memoriam dat de Gelderlander publiceert op 27 maart 2012. Wim Verhoeven was inderdaad een markante Balgoyse mens, een mens die het dorp en zijn inwoners een gezicht heeft gegeven. Hij kon fanatiek verhalen schrijven, met veel leuke wetenswaardigheden en anekdotes. Ik schreef er al eerder over in 2013, omdat de toen nieuwe inwoners van Balgoy, Marcel en Saskia Mattheijer, die op de Hoeve in het huis van Wim Verhoeven waren komen wonen na diens overlijden, op de zolder tussen achtergebleven spullen een speciaal vaandel vonden. Marcel en Saskia wonen nog steeds in hetzelfde huis op de Hoeve en gisteren postte Marcel een heel bijzonder bericht op Facebook.

Rare punt aan het voeteneind van het bad © Marcel Mattheijer

Hij schrijft: Dat Wim Verhoeven een bijzondere man was wist iedereen natuurlijk in het dorp Balgoy, we hebben al veel ‘schatten’ in het huis gevonden, maar wat me vandaag is overkomen MOET ik met jullie delen.
We zijn al jaren het huis aan het verbouwen en sinds enkele dagen bezig met de badkamer. Hier stond aan het voeteneind van het bad altijd een rare punt waarvan we het nut niet wisten. Tot vandaag..

Pullove per il 111/ 
OELLA
een aluminium koker waar een fles whiskey of iets dergelijks in bewaard wordt © Marcel Mattheijer

Bij het wegnemen van het bad viel mij een koker op, je kent het wel zo een aluminium koker waar een fles whiskey of iets dergelijks in bewaard wordt. Deze hebben wij geopend en wat we vonden was een tijdcapsule, bewust neergelegd door dhr. WTJ Verhoeven geb. 18-02-1929! In deze capsule een oud paspoort van dhr. Verhoeven, een 5 gulden stuk, rijksdaalder, gulden, kwartje, dubbeltje en een 5 cent stuk. Maar het mooiste, een brief met ‘De Vinder Gegroet!’ met daarin het levensverhaal van ons huis!
Mooi verhaal toch Piet van Erp? Naast de vaandel van een paar jaar terug is dit onze mooiste vondst. De brieven zet ik niet op facebook i.v.m. de vele namen die erin staan.

Paspoort van Wim Verhoeven © Marcel Mattheijer

Na lezen van de brieven, die de geschiedenis van het huis aan de Hoeveweg en zijn bewoners vertelt, besloot ik om de familie Verhoeven te vragen of zij bezwaar zou hebben tegen plaatsen van de brief “De vinder gegroet!”. Met hun instemming volgt hier de inhoud van de brief:

De vinder gegroet!
Dit huis. Is gebouwd in 1914, in eigendom van het school-kerkbestuur als ambtswoning voor het toenmalige hoofd der school Theodorus Verhoeven. Hij bewoonde dit huis met zijn vrouw Aleida Pallada en hun kinderen: Miets, Wim, Theo, Jan, An, Ida en Riek.

Familie Verhoeven, Balgoy ca. 1905. vlnr: zoon Theodorus, vader Theodorus, zoon Wim, moeder Alleida Pallada, dochter Ida, Maria (Miets) en op de stoof zoon Jan. © Wim Verhoeven 

Na zijn pensioen ging Theodorus met zijn gezin in Nijmegen wonen. Als hoofd der school werd hij opgevolgd door zijn zoon Jan, die intussen gehuwd was met Johanna Bodenstaff uit Wijchen. Uit dit huwelijk werden vier kinderen geboren, Wim, Theo, Jan en Lia.

vlnr.: Lia, Jan Verhoeven, Theo, Johanna Verhoeven – Bodenstaff, Jan, Wim © Wim Verhoeven 

Na de plotselinge dood van Jan L. Verhoeven in 1965 bleef zijn vrouw nog enkele jaren alleen hier wonen; de kinderen waren allen getrouwd en woonden elders.
De ambtswoning was een blok aan het been van het kerk-schoolbestuur geworden vooral door gebrek aan financiële middelen. Onderhoud was nauwelijks gepleegd alhoewel de woning hard toe was aan een flinke renovatie. De eigenaar wilde liever verkopen en de familie Verhoeven had de eerste keuze. Ik heb toen de in slechte staat zijnde woning in 1967 gekocht voor fl. 27.500,-.
Moeder wilde hier niet alleen blijven wonen en verhuisde in 1967 naar ’s Hertogenbosch waar ook haar dochter Lia woonde. Het huis stond dus leeg en zou door mij verbouwd worden.
Door problemen met de bouwtekening heeft het geduurd tot 1969 voor het huis voor fl. 110.000,- opgeknapt was. De gebroken “Franse kap” is o.a. vervangen door een normaal zadeldak waardoor de inhoud aanzienlijk groter werd; er is centrale verwarming gekomen en de indeling van de kamers beneden is totaal veranderd. De bovenverdieping is nagenoeg hetzelfde gebleven.
In 1969 ben ik hier met mijn toenmalige vrouw, Coby Seegers en onze kinderen Hanneke en Jeroen, ingetrokken. Naast onderwijzer aan de St. Paulusschool voor moeilijk lerende kinderen in Oss, was ik gediplomeerd heilgymnast-masseur (fysiotherapeut) en had na schooltijd een eigen praktijk. Ook hier; zodat deze kamer tot 1979 massage kamer was. In dat jaar ben ik gescheiden van mijn vrouw om in 1982 mijn leven verder te gaan delen met Monica Simon. Deze had vaak veel last van reumatische pijnen en haar specialist van de Maartenskliniek Nijmegen adviseerde: warmwater baden, vandaar deze verbouwing in de eerste helft van oktober 1991. Door
W.Th.J. Verhoeven
Geb. 18-02-1929

Eerste pagina van de brief “De vinder gegroet!” in het mooie herkenbare handschrift van Wim Verhoeven. De brief wordt op zijn plaats gehouden met muntstukken die ook in de koker zaten © Marcel Mattheijer
Bij de koker was ook een vel papier aan de muur geplakt waarop Wim een groet doet aan de vinder, waarmee ook de datum van plaatsing duidelijk is © Marcel Mattheijer