Honderd jaar gemeente Balgoy en Keent

Vrijdag laat in de middag komt Thijs van Haren de oprit op rijden. “Ik heb iets voor jou”, klinkt het uit de auto. “Handgemaakt en het gaat over de gemeente Balgoy en Keent”.

Foto op 5 nov. 2017 09_48_40

Jacob_Kuyper_(1821-1908)

Kuyper (1883)

Het blijkt de bekende Kuyperkaart van de gemeente Balgoy en Keent, die deels is ingekleurd. Aan de onderkant staat dat de gemeente toentertijd 640 bunders groot was en 400 inwoners telde. Jacob Kuyper tekende in de jaren 1865-1870 kaarten van alle 1200 Nederlandse gemeenten en publiceerde die als atlas (De Gemeente-Atlas van Nederland). De atlas werd in 1871 uitgegeven door Hugo Suringar te Leeuwarden. De originele kaartjes van de Nederlandse gemeenten, ook die van de gemeente Balgoy en Keent, uit die periode zijn nog steeds verkrijgbaar met een certificaat van echtheid (kosten 60 euro). Het kaartje van Balgoy en Keent is 18 x 14,5 cm groot.

De gemeente Balgoy en Keent heeft tot 1 mei 1923 bestaan. Voordat het een gemeente werd was het een heerlijkheid. De laatste die het kasteel van Balgoy kocht en heer werd van de heerlijkheid was Bernhard van Rappard van Balgoy in 1780. In januari 1798 vond er een staatsgreep plaats en kwam er een nieuwe staatsregeling, waardoor er op het platteland in snel tempo het één en ander veranderde. Het ambt van Maas en Waal kreeg een nieuw bestuur, de heerlijke rechten werden afgeschaft en de heerlijkheden, waaronder Balgoy en Keent, werden formeel opgeheven. Toch bleef de heer van Balgoy en Keent het voor het zeggen hebben, want Gerrit Arnoldussen werd in die periode nog benoemd tot buurmeester van Balgoy en Keent. In die tijd deed de heer het bestuur van het dorp samen met afgevaardigden van de inwoners die land hadden, de geërfden. Voor de dagelijkse gang van zaken konden zij een schout en buurmeesters aanwijzen. De laatste heren van de heerlijkheid Balgoy en Keent, Bernhard van Rappard (overleden in 1819) en diens zoon Coenrad Willem Le Mercier van Rappard waren tevens schout in het schoutambt Balgoy en Keent. Jhr. Coenraad Willem was heer van Balgoy en Keent en schout van Balgoy en Keent vanaf 1817, lid raad van Nijmegen vanaf 1819 en heemraad (polderbestuurder) van het land tussen Maas en Waal). Hij overleed op 49-jarige leeftijd te Nijmegen op 16 september 1824.

004487118_00188

Overlijdensakte gemeente Nijmegen van Jhr Coenraad Willem le Mercier van Rappard;  dit overlijden markeert misschien wel het einde van de heerlijkheid Balgoy en Keent

In de raadsvergadering van 1 oktober 1824 verklaarde eerste assessor Cornelus van den Anker dat hij tijdelijk de functies van schout zal waarnemen en vanaf 23 november 1824 werd vervolgens Mr. Pieter Hendrik de la Court (1778-1848) bij Koninklijk Besluit benoemd tot schout van de gemeente. Het Rivierpolder reglement van 1838 maakte in feite een definitief einde aan de heerlijkheid Balgoy en Keent. Toch blijft ook in de jaren daarna de naam heerlijkheid Balgoy en Keent een veel gebruikte naam voor de zelfstandige gemeente. De la Court werd op zijn verzoek bij Koninklijk Besluit van 29 juli 1830 eervol ontslag verleend en Henricus van Lunen werd tegelijkertijd benoemd tot “heer van de heerlijkheid”. Zelfs in 1840 wordt bijvoorbeeld nog gesproken van de gemeenteraad van de heerlijkheid Balgoy en Keent.

Het bestuur van de gemeente Balgoy en Keent, nadat de heerlijke rechten werden afgeschaft, was geen vanzelfsprekendheid en al in 1829 tijdens de raadsvergadering werd de mogelijkheid van vereniging met de gemeente Overasselt besproken. Een meerderheid van de gemeenteraad wilde toch onafhankelijk blijven. In 1850, nadat Henricus van Lunen eervol was ontslagen, werd Gerard Mauritz Koentz, die ook burgemeester van Wychen was, burgemeester van Balgoy en Keent. Het gemeentearchief van Balgoy en Keent werd ook overgebracht naar Wijchen. Niet onverwacht kwam op 13 april 1852 opnieuw de vereniging van Balgoy en Keent, maar nu met Wychen in de raad ter sprake. Wederom besloot de gemeenteraad voor zelfstandigheid en dat bleef zo ook nadat in 1854 de heer Petrus Vemer benoemd werd tot burgemeester van Balgoy en Keent, terwijl hij tevens burgemeester van Wychen was. In 1856 werd Vemer opgevolgd door Johannes de Bruijn uit Balgoy, die met ingang van 10 december 1856 zijn functie aanvaardde.

Niet lang daarna werd het Kuyperkaartje van Balgoy en Keent gemaakt, dat door Thijs aan de heemkundekring werd geschonken.

 

 

3 gedachtes over “Honderd jaar gemeente Balgoy en Keent

Plaats een reactie