Pastoor Andreas Arts bij afscheid in 1993 Ereburger van de gemeente Wijchen

Het is zaterdag en al weer half maart. Dat betekent dat we de vrije tijd weer moeten verdelen tussen de echte hobbies heemkunde en muziekvereniging en het tuinieren. Terwijl ik in gedachte bezig ben met de voorbereiding van de jaarvergadering van Kunst en Vriendschap voor aanstaande maandag, sta ik op een ladder en ben bezig met snoeien. En dan gaat ook nog de telefoon. Of ik thuis ben en even wil kijken naar iets dat werd gevonden bij het opruimen in de kerk. Klinkt als heemkunde.
Binnen 10 minuten staat Albert voor de deur met wat spullen uit de kerk. Mijn oog valt meteen op een klein grijs doosje van ongeveer 10×10 cm. Rechtsonder staat een logo met de naam Joop Falke, edelsmid uit Oss.

In het doosje zit een bronzen erepenning van de gemeente Wijchen.

Bijgevoegd is ook een klein getypt briefje waarop het volgende staat geschreven:

“In 1964 werd Andreas Arts benoemd tot pastoor van de parochie Johannes de Doper te Balgoy. Bij zijn afscheid als pastoor op 15 augustus 1993, werd hij benoemd tot Ereburger van de Gemeente Wijchen. (zie onderscheiding) Bij afwezigheid van de burgemeester, werd deze onderscheiding uitgereikt door loco burgemeester / wethouder W. Roelofs. Als emiritus pastoor van Balgoy heeft hij nog zeven jaren samen met zuster Petronella Maria van Driel doorgebracht in Uden. Daar overleed hij op 16 maart 2000. Zijn laatste wens was begraven te worden in Balgoy, hetgeen plaatsvond op 22 maart 2000.”
 
 
Andreas Arts, die rector was van het Cecilia-klooster in Zijtaart, werd zoals hierboven te lezen, in 1964 benoemd tot pastoor van de H. Johannes de Doperparochie te Balgoy. De zestiger jaren waren roerige jaren voor de katholieke kerk. Pastoor Arts werd aangesteld door monseigneur Wilhelmus Marinus Bekkers, de toenmalige bisschop van Den Bosch. Bekkers was van huis uit een eenvoudige, vrome boerenzoon, betoogde modernistische opvattingen in verschillende morele kwesties. Volgens Bekkers moest de Kerk niet een strenge moraal voorschrijven, maar tegemoetkomen aan de wensen van de gelovigen. Zijn opvattingen werden meer ingegeven door pastorale overwegingen dan door wetenschappelijke bezinning. Spraakmakend was zijn mening over de geboorteregeling die hij verwoordde op 21 maart 1963. Bekkers vond dat gelovigen zelf moesten beslissen over het gebruik van de anticonceptiepil. Zonder het woord ‘anticonceptiepil’ te gebruiken, benadrukte Bekkers dat ouders hun eigen geweten moeten volgen bij het bepalen van het kindertal. Niet lang daarna kreeg Balgoy een nieuwe pastoor, die meteen een begin mocht maken met de vernieuwde liturgie, waarbij de priester met het gezicht naar de gelovigen stond. Het verpachten van de kerkbanken werd afgeschaft; hiervoor in de plaats kwam het plaatsengeld en de gezinsbijdrage. Er kwam ook een geluidsinstallatie in de kerk en het priesterkoor werd uitgebreid. Belangrijk waren ook de bestuurlijke veranderingen in die tijd. Het aantal leden van het parochiebestuur werd uitgebreid en zij kregen ook taken toebedeeld. Het parochiebestuur was ook niet meer automatisch bestuur van de RK lagere school; de school kreeg een eigen schoolbestuur. Grote veranderingen dus in een kleine geloofsgemeenschap, maar maximaal gesteund door het bisdom. Toen Bekkers na een korte ziekte al op de leeftijd van 58 jaar overleed, werd Johannes Bluyssen op 11 oktober 1966 tot diens opvolger benoemd. Bluyssen was (na het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in 1853) van 1966 tot aan zijn vervroegde emeritaat in 1984 de achtste bisschop van ‘s-Hertogenbosch. Zijn wapenspreuk luidde: Quotidie ministrans (dagelijks dienstbaar), een lijfspreuk die naadloos aansloot bij het levensmotto van pastoor Arts. Tijdens de bisschopstijd van Bluyssen veranderde er veel in het bisdom en in Nederland. Het waren de jaren van polarisatie, de Nederlandse Bisschoppensynode van 1980, de vele ambtsverlatingen, de sluiting van de seminaries, het gebrek aan priester- en kloosterroepingen. Pastoor Arts was juist in deze roerige periode van grote waarde voor de kleine Balgoyse parochie. Vanwege zijn grote verdiensten en het feit dat hij zich tot op hoge leeftijd beschikbaar bleef stellen voor zijn parochie, kwam bisschop Johannes ter Schure naar Balgoy met de volgende verrassing: “Het heeft Z.H. de Paus behaagd u te benoemen tot zijn kamerheer en daarom wordt u voortaan aangesproken met Monseigneur!”
Mgr. Arts werd op 1 augustus 1993 eervol ontslag verleend, waarna hij in Uden van zijn welverdiende rust kon gaan genieten samen met zuster Petronella Maria van Driel, die hem sinds het overlijden van Grada Venbrux verzorgd had. Bij zijn afscheid werd hij benoemd tot Ereburger van de Gemeente Wijchen. De bronzen erepenning zal in het archief van heemkundekring Pagus Balgoye bewaard worden.
(bron: Ter Herrinnering: Renovatie 1997, Wim Verhoeven (Drukkerij Veldhoven – Rosmalen, 1997)

Wie is Anna Maria Janssen uit Balgoy?

website
Een nieuwe website voor Pagus Balgoye
De website van Pagus Balgoye, de heemkundekring van Balgoy, heeft sinds vandaag een nieuwe look. Door de griepepidemie wat vertraagd, kon toch afgelopen middag de vernieuwde website online gaan. De “oude” website was aan vernieuwing toe; de wens was om een meer dynamische website te maken met meer actuele informatie van o.a. de Facebookpagina van de heemkundekring en meer mogelijkheden tot interactie. Er is o.a. ook een contactpagina toegevoegd, waarmee de mogelijkheid wordt geboden om commentaar te leveren of vragen te stellen. Nog geen twee uur later komt de eerste vraag al binnen. Het betreft dames die geboren zijn in Balgoy in de 18e en 19e eeuw.
Een nieuw bericht via het contactformulier
Hendrina van Hoogstraten, dochter van Johanna Lamers, die de dochter is van Anna Maria Janssen. De vraag is: “wie was de moeder van Anna?”
Waar in eerdere berichten het gebruik van Bevolkingsregister en Burgerlijke Stand werden beschreven, zullen in dit geval de DTB-boeken van Balgoy uitsluitsel moeten geven, omdat het de 18e eeuw betreft. We kijken in www.genver.nl of het Balgoyse Doopboek van 1729 beschikbaar is en dat blijkt het geval te zijn.
In die periode is er niemand met de achternaam Janssen gedoopt in Balgoy. Er is wel een Anna gedoopt, dochter van Nicolaus Jansen (met één s) en Maria Jansen (ook met één s). De datum van de doop was 11 november. Dus ik denk niet dat dit de persoon is die we zoeken. Als het Anna Maria Janszoon betreft en de datum klopt, dan moet Anna Maria de dochter zijn van Joannes Ariens uit Keent en Joanna Dirks uit Balgoy. Deze Anna Maria werd gedoopt in Balgoy op 24-9-1729.
Overzicht van de dopen in 1729 uit het Doopboek van Balgoy
Detail: 24 7bris Bapta s Anna Maria filia jois Ariens ex keent et joanna Dirks
….. Rejnier Stevens et Hendrina janssens ex Balgoij
Anna Maria Jansen werd op 18 januari 1795 begraven in Balgoy.
De familienamen Hoogstraten en Lamers zijn niet onbekend in Balgoy en het patroniem Jansen is bijna zeker afgeleid van Joannes Ariens en ook die naam komt nog steeds voor in ons dorp. Ik ben benieuwd of andere Balgoyse mensen nog iets kunnen toevoegen aan deze zoekactie.
Laat onverlet dat deze zoekactie een voorbeeld is van de nieuwe mogelijkheden van de website.

Nextdoor – een leukere en wellicht veiligere buurt met nieuwe buurtapp

Nextdoor is een van oorsprong Amerikaanse app die buurten meer mogelijkheden geeft om met elkaar te communiceren. Vier jaar geleden gestart en begin deze week in Nederland gelanceerd. Er zijn al meer dan 100 buurten gevormd en het aantal loopt snel op. Kan zo’n concept ook iets zijn voor onze buurt?
Uitnodiging in de brievenbus
Mark wil het proberen. Vanmorgen ontving ik van hem een uitnodiging in de brievenbus en ik heb geen minuut getwijfeld. Heb me meteen aangemeld.
Nextdoor is een alternatief voor de buurtgroepen van WhatsApp die je overal in Nederland vindt (behalve dan hier in mijn buurt). De vraag was dus of ik de besloten buurtapp Nextdoor wilde gebruiken om te communiceren met en over onze buurt; dus om advies vragen, buurtfeest organiseren, spullen lenen, weggeven of zoeken naar een weggelopen huisdier. Inmiddels heb ik een eerste indruk van de app en heb ik een redelijk idee gekregen van de mogelijkheden – en van de mogelijke valkuilen.
Niet alleen urgente berichten
Buurten in de omgeving
Eén van die valkuilen van Nextdoor is de potentiële overload aan niet-relevante berichten. Standaard krijg je niet alleen meldingen van je eigen buurt te zien, maar ook van andere Wijchense buurten; bijvoorbeeld Abersland, Kraaijenberg en Bikkelkamp zijn ook een buurtgroep begonnen. Standaard staat alles ingeschakeld en je zult zelf in de instellingen moeten duiken om meldingen van andere buurten uit te zetten. Voor sommige mensen kan dat net iets te veel gedoe zijn.
Daar komt bij, dat Nextdoor niet alleen bedoeld is voor urgente berichten over verdachte personen en inbraken. Je kunt er ook spullen aanbieden of zelfs reclame maken. Dat kan al snel leiden tot een facebook-achtige app. Tegelijkertijd kan dat voor sommigen ook een reden zijn om Nextdoor te gaan gebruiken.
Wat is Nextdoor? Nextdoor is een besloten netwerk via een app. Toch is er een verschil met de buurtgroepen van WhatsApp: bij die groepen kun je niet zien welke andere groepen er zijn en kun je ook niet meekijken in andere buurten. Bij Nextdoor is de opzet iets anders, al is het aanvankelijk net zo gesloten. Pas op uitnodiging van een buurtgenoot mag je meedoen en je kunt dan meteen zien wat er in andere buurten te doen is. De berichtjes blijven dus niet beperkt tot jouw eigen buurt, want ook anderen kunnen meekijken. Wil je toch dat maar een beperkte groep mensen jouw bericht kan lezen, dan is het verstandiger om een privébericht te sturen of een kleinere groep aan te maken.
De insteek van Nextdoor is ook iets anders dan die van de WhatsApp-groepen, die vooral op het voorkomen van inbraken zijn gericht. Bij Nextdoor gaat het in eerste instantie om positieve interactie met buren.
Als je een uitnodiging krijgt, wordt je ook meteen gevraagd anderen uit te nodigen. Nu zit ik nog in een pilotbuurt. Mijn buurt wordt pas definitief als minstens 10 mensen lid worden en binnen 21 dagen hun adres verifiëren. Nu snap ik ook de nadruk wel die Nextdoor legt op het uitnodigen van al die buren: als je niet voldoende buren optrommelt vervalt je buurtgroepje weer.
Op de website van Nextdoor kun je zien of jouw buurt al beschikbaar is, door je huisadres en e-mailadres in te vullen. Daarmee heeft Nextdoor wel meteen jouw gegevens en bovendien willen ze graag je interesses, hobbies, functie en andere persoonlijke details weten, zoals dat ook met Facebook het geval is. Dat gebeurt onder het mom van ‘dan weten buren ook wie jij bent’, maar hou er rekening mee dat die gegevens voor Nextdoor ook best interessant zijn. In de privacy-verklaring van Nextdoor staat overigens: ‘We delen nooit je gegevens met adverteerders’ (maar ze kunnen de data dus wel zelf analyseren).
Een buurtnetwerk heeft iets onschuldigs en sympathieks en je gaat uit van goede bedoelingen van alle deelnemers, maar de standaardinstellingen om te delen zijn nogal ruim. Ook mensen van buiten de buurt kunnen zien op welk huisnummer jij woont. Als je vergeet om je profiel af te sluiten voor mensen buiten de buurt, moet je beseffen dat je daarmee risico’s loopt. Je kunt ook blokkeren dat anderen je huisnummer kunnen zien, maar aan de hand van het kaartje (en de huisnummers van mensen die nog geen lid zijn geworden) is vrij gemakkelijk te achterhalen om welk huisnummer het gaat. Nextdoor heeft gelukkig wel als beleid dat je je echte naam moet gebruiken. Ook wordt je adres geverifieerd, zodat Nextdoor zeker weet dat jouw straatnaam en huisnummer kloppen. Je mag geen fantasiegegevens invoeren.
Mijn eerste indruk is dat Nextdoor een positieve insteek heeft: niet alleen berichten van ongeruste ouders en mensen die ‘verdachte personen’ zien lopen, maar ook de mogelijkheid om tips uit te wisselen en om over andere zaken te communiceren met de buurt. Aanbellen of gewoon effe langs lopen kan natuurlijk nog steeds, maar we zijn allemaal druk en als we een keer samen willen overleggen is een gemeenschappelijk moment vaak moeilijk te vinden. Bovendien is een wakend oog voor de buurt toch ook wel handig!
Pluspunten:
  • Makkelijk buurtcontact
  • Goed alternatief voor WhatsApp-groepen, als die nog niet bij jou in de buurt zijn
  • Rustig uiterlijk van de app, daardoor erg overzichtelijk
  • Positieve instelling met evenementen en buurtactiviteiten, niet alleen meldingen over verdachte zaken
  • mogelijkheid voor privéberichten
  • De Nextdoor buurtapp is beschikbaar voor Android en iPhone
Minpunten:
  • Standaard-instellingen zijn erg open, daardoor loop je privacy-risico’s
  • De app verzamelt nogal wat persoonlijke info (de verleiding om te delen is groot, omdat het onschuldig lijkt)
  • Amerikaans bedrijf, daardoor geen Europese privacy-garanties
  • Standaard staan alle buurten aangevinkt, waardoor je nogal wat niet-relevante meldingen krijgt (uitschakelen moet handmatig)

Wie was wie en waar was wat? Het gebruik van Burgerlijke Stand en Bevolkingsregister.

Naar aanleiding van een eerdere blog over een nieuwe boerderij in Den Holdschen Hoek begin 19e eeuw kreeg ik veel vragen over hoe de informatie verkregen was. Met andere woorden welke bronnen werden gebruikt om de gegevens over deze Balgoyse boerderij en zijn bewoners te vinden.
Boerderij in Den Holdschen Hoek
(bron: bedenbreakfast.nl)

Zoals ook al uitgelegd op een werkavond van heemkundekring Pagus Balgoye (1) was het uitgangspunt bij die zoektocht niet verschillend van elk ander genealogisch onderzoek en begint altijd dicht bij huis. Probeer zoveel mogelijk gegevens uit je geheugen op te diepen en raadpleeg mensen die de betreffende plek of mensen nog gekend hebben. Vooral oudere mensen uit de buurt of familieleden kunnen je waarschijnlijk nog veel vertellen. Ga bovendien op zoek naar bewaard gebleven documenten zoals trouwboekjes, geboortekaartjes, trouwkaarten, rouwkaarten, familieberichten uit kranten ed. om deze gegevens te controleren. Verder werd in dit specifieke geval alleen gebruik gemaakt van bronnen die digitaal beschikbaar waren, omdat het onderzoek in relatief korte tijd moest gebeuren.
Bidprentje Johanna “Hanneke” Lamers
(bron: “Geleefd Verleden”, Ries van Haren)
Gerardus Lamers en Johanna Maria
Driessen zijn begraven op het
kerkhof in Balgoy

Van de huidige bewoners weten we dat ze in de boerderij zijn komen wonen in 2009 na een periode van leegstand. Daarvoor woonde Hanneke Lamers in de boerderij. In het boek “Geleefd Verleden” van Ries van Haren staat een gedicht over haar en haar ouders en is ook een bidprentje te vinden (2). Hierin staat dat Johanna “Hanneke” Lamers werd geboren in Balgoy in 1923 en overleed in Nijmegen in 2002. We weten ook dat ze in Balgoy is begraven, omdat ze vermeld is in het boek (2) en terug te vinden is op  Begraafplaatsen Online.

Om te weten te komen wanneer de boerderij gebouwd is heb je kadastrale gegevens nodig. Alleen zijn die niet digitaal beschikbaar vanuit thuis; daarvoor moet je naar het Gelders Archief in Arnhem. Alleen de oudste gegevens zijn thuis in te zien via de beeldbank van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Vanaf 1 januari 2016 is de collectie Kadastrale Kaarten 1811-1832 raadpleegbaar en  daarbinnen onderverdeeld in 3 deelcollecties:  VerzamelplansMinuutplans  en Oorspronkelijke Aanwijzende Tafels (OAT-bladen).

detail kadasterkaart (Minuutplan), Balgoij, Gelderland, 
sectie A, blad 01, 1811-1832
Het minuutplan van den Holdschen Hoek uit die periode is helder. De boerderij moest nog worden gebouwd. Met behulp van de OAT-bladen kunnen we wel vaststellen wie er in de al wel bestaande boerderijen woonden. In de Steeg (nu Houtsestraat) woonde op Het Hold, kadastraal nr. 26 Jacob de Bruijn (landbouwer), verder op de hoek, kadastraal nr. 32 Sebilla Loeffen (doorgestreept Francis Loeffen, landbouwer) en dan naar het oosten kadastraal nr. 70 Cornelis van den Anker (bouwman). We kunnen hieruit concluderen dat er voor 1832 nog geen huis stond op de plek waar Hanneke Lamers werd geboren. In de buurt stond wel een huis dat eigendom was van Cornelis van den Anker en een huis waar Sebilla Loeffen (ogenschijnlijk alleen) woonde. Hoewel er legio bronnen zijn om onderzoek mee te doen, kunnen we voor verder onderzoek vooralsnog volstaan met het Bevolkingsregister en de registers van de Burgerlijke Stand, die voor een groot deel digitaal beschikbaar zijn. Voor de meeste andere bronnen moet je naar een gemeente- of streekarchief (Raadpleeg op www.archiefnet.nl) of naar het Centraal Bureau voor Genealogie in Den Haag.
Trouwakte Gerardus Lamers en Johanna Maria Driessen in 1922

Ons onderzoek start dus bij Hanneke Lamers, geboren te Balgoy op 7 juni 1923. In het boek van Ries van Haren vinden we ook dat zij de dochter was van Gradje Lamers en Moena Driessen. Met behulp van wiewaswie gaan we op zoek naar hun huwelijk. Gerardus Lamers en Johanna Maria Driessen zijn in 1922 getrouwd in Balgoy. Gerardus was toen al 51 jaar oud en zijn vrouw 42. In 1923 wordt hun enige kind geboren. In de trouwakte vind je ook de wederzijdse ouders terug. Vader van Gerardus was Francis Lamers, die in 1922 al is overleden. Hij was getrouwd met Johanna Jacoba Hendriks (die volgens overlevering Koosje heette). Zij was in 1922 nog wel in leven.
Op de GenVer website kunnen we vinden dat voor de gemeente Balgoy en Keent het bevolkingsregister 1860-1923 beschikbaar is (3).

Aanwezige akten Burgerlijke Stand en Bevolkingregister voor Balgoy (1)

Hierin is dan ook het gezin Francis Lamers en Johanna Jacoba Hendriks terug te vinden. Een groot gezin, zoals gebruikelijk in die tijd, met elf kinderen.

Onderste helft van blad 28 van Bevolkingsregister Balgoij (1860-1923)
Detail blad 28

Als we naar de twee bovenste namen in het register kijken zien we dat Francis Lamers op 28 januari 1836 geboren werd in Balgoy en Johanna Jacoba Hendriks op 16 november 1843 in Velp, Noord Brabant. Met deze informatie kunnen we middels de akten van de Burgerlijke Stand de ouders van beide personen opzoeken.

Een ander opvallend detail op blad 28 van het Bevolkingsregister is, dat het adres in de betreffende periode werd veranderd van 5a naar 6. Dit heeft vanzelfsprekend als consequentie dat de buurwoning naar het oosten, van nr. 6 naar nr. 7 gaat. Het Bevolkingsregister geeft geen duidelijkheid over het moment van de nummeraanpassing; hiervoor zijn andere bronnen nodig.
In de geboorteakte van Francis Lamers vinden we dat hij niet, zoals in het Bevolkingsregister vermeld, werd geboren op 28 januari, maar op 1 februari 1836 “ten acht ure des ’s avonds” en dat zijn ouders Johannes Lamers en Siebilla Loeffen zijn. Uit het Bevolkingsregister blijkt dat Johannes Lamers en Siebilla Loeffen ook in de Houtsestraat, Wijk A woonden, maar dan op nr. 5. Francis Lamers is dus naast zijn geboortehuis gaan wonen toen hij in 1866 trouwde, in een nieuwgebouwde boerderij op nr. 5a wat later nr. 6 is geworden.

Geboorteakte BS van Francis Lamers
(1) Presentatie “Balgoyse minse: wie was wie en waar was wat? Het gebruik van bronnen..”, werkavond Pagus Balgoye 3-2-2016
(2) Geleefd Verleden, Balgoy in de 20e eeuw, Ries van Haren (2014)
(3) Bevolkingsregister van de gemeente Balgoy en Keent (1860-1923)

De kerststal in de Balgoyse Johannes de Doperkerk

Een levendige gemeenschap in Balgoy is volgens mij belangrijk voor het welzijn van de mensen die er wonen. Dat lijkt niet altijd vanzelfsprekend in deze tijd van druk bestaan met werk en activiteiten op afstand van het dorp. Toch blijf ik voorstander van een rijk verenigingsleven en het betrekken van zoveel mogelijk inwoners bij activiteiten, evenementen door het jaar heen. Kerstavond in onze Johannes de Doperkerk is voor mij ook zo’n moment van samen gemeenschap zijn. Gelukkig geldt dat niet alleen voor mij; de kerk zat ook dit jaar weer helemaal vol, jong en oud.
Het kerstkindje wordt in
het kribje gelegd
Theo Willems draagt het
kerstkindje binnen

De mooie kerststal voor in de kerk is dan een blikvanger. Traditioneel gebouwd en ingericht door Theo Willems, geholpen door Jan Reijnen en door de kerkhofwerkers. Het is ook traditie dat Theo tijdens de viering op kerstavond het kerstkind de kerk binnendraagt en in de kerststal plaatst. Een mooie kerststal met een mooie beeldengroep, die er al is zolang als we ons kunnen herinneren. Hoe lang precies? Dat weten we niet zeker. Komt de beeldengroep nog uit de oude kerk? Sommigen beweren van wel, maar dat lijkt niet waarschijnlijk.

Kerststal zonder kribbe met kerstkind daags voor Kerstmis
De traditie van gipsen beelden stamt uit de tweede helft van de 19e eeuw. Er zijn enorme hoeveelheden gipsen kerstgroepen en beelden gemaakt. Met name in de eerste helft van de twintigste eeuw waren er in Brabant en Limburg veel ateliers waar ze werden gegoten en gepolychromeerd (beschilderd). Maar ook in Amsterdam en Haarlem waren ateliers te vinden. Het lijkt er dus op dat de kerstgroep is aangeschaft in de tijd dat de nieuwe Johannes de Doperkerk aan de Boomsestraat in gebruik werd genomen, in of net na 1914.
Bijeenkomst Pagus Balgoye in 2000
Wim de Mul (l) in diezelfde
bijeenkomst

Typisch een onderwerp, een vraag voor heemkundekring Pagus Balgoye zou je zeggen. Toch was het onderwerp nog niet eerder aan de orde geweest. Tot enkele dagen voor kerstmis oud-inwoner van Balgoy en oud-lid van Pagus Balgoye Wim de Mul aanbelde met de vraag of hij de kerststal in de Balgoyse kerk nog een keertje mocht zien. Wim heeft een speciale interesse in religieuze kunst, met name kruisbeelden, maar in dit geval betrof het dus de kerstgroep in onze kerk. Hijzelf had thuis een kerstgroep die gemaakt was in het atelier van Pietro Mazzotti in Münster en hij meende zich te kunnen herinneren dat ook de kerstgroep in Balgoy van Mazzotti was. 

Natuurlijk wordt je dan nieuwsgierig. Wie was Pietro Mazzotti?

Pietro Mazzotti werd geboren in 1838 in Coreglia in het hertogdom van Lucca in Toscane en emigreerde als 19-jarige in 1857 naar Duitsland. Vanaf 1865 is zijn naam terug te vinden in documenten in het stadsarchief in Münster. Nadat hij burgerrechten verwierf tegen betaling van 18,50 Mark, trouwde hij met Theresa Horsthemke uit Münster, met wie hij vier kinderen kreeg.
visitekaartje van het bedrijf
Gaddini-Mazzotti
In 1873 richtte hij met een Italiaanse partner het bedrijf Gaddini-Mazzotti op, dat vooral gericht was op de reproductie met gips. Werk van Pietro Mazzotti genoot binnen de kortste keren een hoge reputatie. Toch was wat Mazzotti deed ongebruikelijk in zijn tijd, omdat hij beeldhouwer was, “kunstenaar” dus, in de klassieke zin en zijn collega kunstenaars distantieerden zich als professionele groep van zijn werk vanwege de “zielloze volkskunst massaproducten”. Vanaf 1906 maakte hij kerstgroepen, die erg gewild waren en nog steeds zijn in een groot deel van Duitsland en ook in zuid en oost Nederland.
merkteken PM op een
van de beeldjes

Samen met Wim naar de kerk dus en naar de kerststal om te kijken of die ook van Pietro Mazzotti is. Wim bekeek de beeldengroep van afstand en was meteen overtuigd dat het inderdaad beelden waren van Mazzotti. Bij nadere inspectie, was er toch ook wel wat twijfel, want de beelden waren deels overschilderd en er waren ook zeker beelden bij, met name een aantal schapen, die met zekerheid niet tot de originele beeldengroep behoorden. Op zoek naar een merkteken, want dan heb je meer zekerheid. En inderdaad op een paar beelden, die ook gelijkenis vertoonden met de beelden van Wim thuis, werd een merkteken gevonden. Op anderen niet, wat volgens Wim niet hoeft te betekenen dat ze niet origineel zijn, want niet alle beelden van een groep werden voorzien van een merkteken. Tevreden naar huis dus, met de nieuwe kennis dat de kerstgroep in onze kerk in het begin van de twintigste eeuw is vervaardigd in Münster en dus naar alle waarschijnlijkheid is aangeschaft voor de nieuwe kerk.

kerstkindje in de kribbe
merkteken GLV op beeldje
van het kerstkind

Toch is het verhaal nog niet volledig, want toen Wim en ik de kerststal bekeken, was er nog geen kribbe in de kerststal. Het kerstkind werd pas in de kerststal geplaatst op kerstavond. En wat schetst mijn verbazing toen ik met kerst het beeldje van het kerstkindje bekeek op zoek naar het merkteken PM? Wel een merkteken, maar niet PM! Het merkteken aan het hoofdeinde van het beeldje vermelde GLV. Dat was een verrassing. Wie of wat was GLV? Op de website van Vrienden van de Kerstgroep is een alfabetisch overzicht te vinden van ca. 375 gegevens over merktekens op gipsen Kerstgroepen. GLV wordt vermeld in deze lijst en is het merkteken van Gerard Linssen die in 1893 een gipsenbeelden fabriek oprichtte in Venlo. Daarvoor was hij werkzaam voor beeldenfabriek Schmitt-Heckler in Keulen. Gerard overleed in 1921. Zijn zoon Martin volgde hem op. Dat werd geen succes. In 1931 verkocht Martin Linssen de zaak aan Jos Heintges (merkteken J.H.V.). Het gipsen kerstkindje uit onze kerststal is dus in Venlo vervaardigd, ook in het begin van de vorige eeuw.
We kunnen concluderen dat we in onze H. Johannes de Doperkerk een mooie kerststal hebben met een gemengde beeldengroep, die we kunnen dateren op het begin van de twintigste eeuw. Met een grote mate van zekerheid kunnen we daarom ook zeggen dat deze beeldengroep niet uit de oude kerk aan de Torenstraat afkomstig is, maar wellicht is aangeschaft voor de huidige kerk aan de Boomsestraat, die ruim honderd jaar geleden gebouwd werd. Natuurlijk zijn in de loop van de jaren sommige beelden voorzien van een nieuw laagje verf. Af een toe zal er ook een beeldje beschadigd, zelfs gesneuveld en vervangen zijn. Daardoor is het een gemengde beeldengroep geworden. Maar wel een hele mooie beeldengroep die al ruim honderd jaar door de Balgoyse mensen met Kerstmis is bewonderd.

Jozef en Maria in de kerststal met het kerstkind in de kribbe
De hele kerststal (foto: Rikie Peters)